geld-en-schuldcreatie

BLOEI-economie & Cittaslow

 

Wanneer je geld leent bij een bank, tegen onderpand, maakt de bank geld. Dit geld moet je met rente terugbetalen. Daarvoor is steeds meer geld nodig, steeds meer geld. Dat heet groei-economie.

 

Groei-economie kent alleen uitersten, nul is niet van waarde. Bij groei gaat het goed en meer is altijd beter. Geen groei is crisis. Want als er geen geld bijkomt, kan de rente niet betaald worden. Griekenland ging bijna ten onder aan de groei-economie.

 

Lang geleden waren er alternatieven. In de Soemerisch maatschappij was er goud-geld in omloop en ook graangeld. Graangeld kon je maar beter uitgeven, want door uitdrogen werd het minder. Zo was er in de graangeld economie een intrinsieke motivatie om het geld te laten rollen.

Een huidig alternatief voor de groei-economie is de BLOEI-economie. Die wordt uitgebreid toegelicht in het boek “Een @nder soort geld” van Helen Toxopeus in gesprek met Henk van Arkel van STRO, Social Trade Organisation, waar ook de kennis over het graangeld uit komt. STRO werkt aan innovatieve handels- en geldsystemen die op verschillende plekken ter wereld worden getest. Rentevrije economie, dat is het ideaal. Uiterst interessant om te lezen. 

 

Met een rente-economie gaat het nooit echt fijn worden voor de meeste mensen. Het geld is in handen van enkelen, die er meer mee maken zonder de ‘buren’ kans te geven het een keer door hun handen te laten gaan. Want nogmaals, dat is wat goed is voor de lokale economie: geld door de regio laten rollen.

 

Wanneer ik brood koop bij de bakker, gebakken met meel van de lokale molen en de bakker gaat naar de kapper, die zijn fiets laat maken bij de lokale fietsenmaker, die zijn vrouw jam koopt van de fruitheerlijkheid over de brug… Hoe vaker geld wordt uitgegeven in de regio, des te beter is dat voor de lokale economie.

 

Landelijke supermarktketens zijn in dit beeld stofzuigers in de lokale economie. Dit zijn woorden uit de documentaire die op 26 augustus dit jaar vertoond werd door de NPO. Een documentaire gewijd aan de Cittaslow-hoofdstad van Nederland, de gemeente Midden-Delfland. In de 40 minuten durende documentaire is te zien hoe wereldwijd kleinere gemeentes ervoor expliciet voor kiezen om ‘klein maar fijn’ te zijn. Klein blijven vanuit een kwaliteitsoogpunt en zonder een levend museum te worden. Cittaslow komt uit Italië, uit de regio van de slowfood ontwikklingen en verspreid zich rap over de aardbol. Claudia Basta, ruimtelijke ordening WUR, is een van de wetenschappers die in de documentaire aan het woord komt. De documentaire laat zien hoe zij lokale economie levensvatbaar houden. 

 

En…

Komende zaterdag schrijft de Volkskrant hoe vulkanisch Grieks eilandje Santorini inmiddels weer wel vaart op basis van streekproducten.